Wij hebben wel eens Pasen in betere tijden gevierd. Het lijkt of de ellende in de wereld alleen maar toeneemt. Velen van ons maken zich zorgen over de toekomst van Europa en huiveren van de wreedheid van islamitische extremisten. En dan zijn er nog zoveel grotere en kleinere zorgen in ons eigen bestaan. Tegen die achtergrond vieren wij het Paasfeest. Jezus heeft na zijn kruisdood van Godswege nieuw en ander leven ontvangen, zo getuigt het Nieuwe Testament. Christus is thuisgekomen bij God die Hij zijn Vader noemde.

Het Paasfeest is voor ieder van ons ook een belofte. God is trouw tot over de grens van ons aardse leven heen. Maar in het licht van onze grote wereld en ons eigen kleine wereldje lijken bovenstaande woorden voor velen te groot. Er is immers zoveel dood en verderf in onze wereld, zoveel onvrede in ons eigen bestaan. Gods overwinning op de Paasmorgen is nog een verborgen overwinning. De dood mag dan, met de woorden van Paulus, zijn angel hebben verloren maar blijft toch onze laatste vijand. Voor menigeen vandaag is het duister van Goede Vrijdag meer realiteit dan het licht van Pasen. Tegelijkertijd hoop ik dat juist mensen die dit Paasfeest moeten lijden en in nood verkeren moed houden. Pasen wil de hoop in ons hart voeden. De hoop dat het leven sterker is dan de dood omdat God de eerste en de laatste is.

Ik wil deze Paasgedachte afronden met enkele indrukwekkende woorden van Sint Franciscus van Assisi:

Heer, maak mij een werktuig van uw vrede.
Laat mij liefde brengen waar haat woekert.
Laat mij geloof brengen waar getwijfeld wordt.
Laat mij hoop brengen waar gewanhoopt wordt.
En Franciscus eindigt met de woorden:
Door te vergeven krijgt men vergeving.
En door te sterven verrijst men tot eeuwig leven.

In dat vertrouwen kunnen wij in verbondenheid met Christus ook dit jaar Pasen vieren. Elkaar dragend in geloof, hoop en vooral liefde.

Mgr. Dr. Gerard de Korte

 

De korte